JOHAN VAN GRINSVEN

Interview: Ann Peebles

In 1968 wordt Ann Peebles in soulstad Memphis ontdekt door arrangeur, producer en muzikant Willie Mitchell. Peebles heeft dan de gebruikelijke scholing achter de rug: zingen in het kerkkoor. Mitchell buit de sterke kanten van Peebles optimaal uit: in blues en gospel gedrenkte soul. Ze scoort enkele bescheiden hits. Tot ze in 1973 het samen met haar echtgenoot Don Bryant geschreven 'I Can't Stand The Rain' uitbrengt. Dit immens trieste relaas van een in de steek gelaten vrouw die van pure ellende tegen de ramen aan het praten is, levert haar internationale faam op. Zeker nadat John Lennon het een van de allerbeste singles van dat jaar noemt.
In haar repertoire gaat het over eeuwige thema's als liefde, honger naar seks, trouw en overspel, maar nooit vanuit traditionele opvattingen over man­-vrouwrollen. Haar beste nummers zijn als schuurpapier dat een blootliggende zenuw opruwt; ze wordt dan ook al gauw geafficheerd als een van de grootste soulzangeressen.

Zoon
Over die retraite: „Ik wilde de opvoeding van mijn zoon Jevon niet aan anderen overlaten, maar hem zelf de juiste waarden en normen bijbrengen. Dat is zo enorm belangrijk in het leven”. Pas als hij vijftien is, neemt ze de draad van haar carrière weer op. Niet dat ze in de tussentijd alleen maar haar zorgzame moederrol vervult. „Bij ons huis hebben we een studiootje. Daar werkt mijn man met diverse artiesten. Ik deed wat achtergrondzang, voornamelijk op gospelgebied.”
Samen met echtgenoot Don Bryant schreef Peebles ook stapels nieuwe nummers. Op 'Call Me' (1990) was daarvan niets te merken. Dat werd een zoutloos album, disco haast. En die was al lang dood en begraven. „Tijdens mijn afwezigheid is de muziekindustrie drastisch veranderd. Kleine platenlabels met hun herkenbare geluid zijn zo goed als verdwenen. Veranderingen zullen er altijd zijn. Je kunt dat niemand kwalijk nemen. Okay, dat betekende dat soulmuziek uit de belangstelling verdween, maar zo gaat dat nu eenmaal. Stax ging failliet, Hi verdween. Die platenmaatschappijen bepaalden voor het belangrijkste deel het Memphis­-geluid. Maar er is nu weer veel nieuw talent in Memphis. Soul is weer springlevend!”

Monogamer
Tussen haar oude werk en haar vorige plaat Call Me gaapt een enorme kloof. Ann Peebles reageert sceptisch op de opmerking. „Hey, ook Call Me is Ann Peebles. Maar er zijn zoveel nieuwe manieren gekomen om een plaat op te nemen. Het is niet meer rechttoe ­rechtaan net als vroeger. In het begin moest ik heel erg wennen in de studio: al die nieuwe techniek: drum-­ en synthesizerprogramma’s.”
Haar muziek is erdoor veranderd, geeft ze toe. „De hele rhythm & blues is veranderd. Er is een vastere bodem ingekomen; de muziek is funkier geworden. Dat is het geluid van vandaag. Elke muziekstroming vernieuwt zich voor een deel mee met de samenleving.”
Toch heeft ze op haar laatste plaat de krachtigste elementen uit die gouden soultijd weer teruggevonden. De muziek komt weer recht uit het hart en niet uit de computer. Soms klinkt ze als zijde, soms als schuurpapier. In haar teksten, voor een deel weer van eigen hand, is de grootste verandering te vinden. Vroeger zong ze over de lust om in een goed huwelijk te stoken, maar die tijd is voorbij. Ze is positiever, monogamer ook. Van 'Part Time Lover' (haar eerste album uit 1970) tot dit 'Full Time Love'.

image